De kaardebol eet zich vol
De kaardebol is een mysterieuze plant. ‘Kaarde’ is weliswaar afgeleid van het Latijnse ‘Carduus’, wat distel betekent, maar toch is de plant geen distel. Desalnietemin doen de stekels van de kaardebol niet onder voor die van een distel, maar dat is niet wat ‘m speciaal maakt. Het speciale zijn de bladeren. Deze zijn zo met de stengel vergroeid dat er tussen twee bladeren een komvormig bakje ontstaat. In dat bakje staat vocht, maar niet zomaar regenwater. Ook als het droger is staat er vocht in. De plant zelf brengt het vocht in zijn komvormige bladoksels. Dat doet ie niet voor niets. De kom is steil en glad, waardoor insecten makkelijk in het water donderen. Het waterige sap bevat stofjes waarmee insecten opgelost worden. Wat er daarna mee gebeurt, daarbij laat de wetenschap ons in de steek. Onbekend, dus. Wetenschappers stellen dat het vocht met de verteerde insecten niet door de plant wordt opgenomen, maar ondertussen verdwijnt om de zoveel tijd wel het vocht uit de kommetjes. De plant gebruikt het kostelijke vocht niet? Het klinkt bijna als roken zonder te inhaleren. De kaardebol is in de literatuur enkel een vleesverterende plant. Wellicht zijn mierenzuur en fruitvliegjesbloed niet goed voor de plantaardige lijn.
Wat mij opvalt aan het hele verhaal is dat de mogelijkheid insectenbestrijding nergens genoemd wordt. Een plant die zo creatief is dat ze haar kwelgeesten weet te vangen voordat ze schade aan kunnen richten is evolutionair gezien goed bezig. Of de Kaardebol zich vervolgens vol eet aan het kostelijke vocht is vers twee. Het is gewoon Kaardebol versus insecten: 1 - 0