Bezoar
Je hebt in de wilde natuur heel wat vreemde ballen. Zo heb ik in mijn eigen rariteitenkabinet (zie frumingelo in uitvoering) een mooie braakbal van een koe. De bal bestaat uit onverteerde resten gras. Daarnaast bestaat er natuurlijk de alombekende haarbal, die bestaat uit ingeslikte delen haar. Een bal die daar dan weer op lijkt is een soort wier (Posidonia oceanica) , maar niets is zo bijzonder als een echte bezoar. Ik zeg met opzet "echte"omdat je zal lezen dat niets is wat het lijkt. Een bezoar, ook wel een maagsteen of darmsteen genoemd, ontstaat doordat er in maag of darm onverteerde resten samenklonteren. Het lichaam pakt het materiaal in met kalkverbindingen tot er een vaste, harde en vaak ronde bal ontstaat.
In de late middeleeuwen werden er magische, heilzame en geneeskrachtige eigenschappen aan bezoarstenen toegekend. De steen werd beschouwd als een geneesmiddel tegen alle mogelijke kwalen. Helemaal onzin was de werking van de bezoar niet. Arcenicum, een klassiek gif, reageert namelijk met de kalkverbindingen uit de bezoarsteen. Het was dan ook niet raar dat er al snel een levendige handel in ontstond. Iedere vorst en regent wilde natuurlijk voorkomen dat hij door een of andere onverlaat werd vergiftigd. Het kon niet gek of sjiek genoeg. De stenen werden als eerste klas statussymbolen in gouden hangers of doosjes gevat. Heel bijzondere stenen kwamen uit de magen van Chinese herkauwers, Javaanse stekelvarkens of Peruviaanse berggeiten. Daar werden ze bewust gekweekt en bestonden veelal helemaal niet meer uit het onverteerbaar materiaal, maar uit vanallerlei dure ingredienten zoals zeldzame kruiden, hoorn en edelstenen. Door de populariteit en exclusiviteit werden er exorbitante prijzen gevraagd.
Aan alles komt ooit een eind. Dat begon in dit geval met een simpel experiment. In 1575 was de lijfarts van de Franse koning Karel IX het zat. Zijn paranoïde heer kocht zich arm aan bezoars. De arts stelde voor om de kok (die zilver bestek van de koning had gestolen) voor de keus te stellen; ophanging of een giftig brouwsel drinken met daarin een heilzame bezoar. De kok koos voor het laatste en stierf op gruwelijke wijze. Ondanks dat het bewijs nu wel geleverd was kreeg de bezoar de schuld. Het zou een valse steen zijn. Dat bracht een jacht op "valse" stenen teweeg. Bezoars bleven echter interessante objecten. Het duurde nog tot na de hoogtijdagen van de rariteitenkabinetten dat de populariteit van de maag-darmstenen afnam.