zeepaardjes







Een mevrouw gaat naar de supermarkt in Kelapa Gading voor een kilo rundergehakt. De Indonesische mevrouw naast haar koopt twee grote zakken kippenklauwtjes. Kippenklauwtjes? Daar zit toch geen vlees aan? 'Gaat u die eten?' vraagt ze. De mevrouw begint hartelijk te lachen. 'Natuurlijk niet! Daar koken we soep van! Voor de baby. Zodat hij sneller gaat lopen.' O ja. Logisch natuurlijk. Soep van pootjes. Verderop in de winkel staan potten met gedroogde zeepaardjes. Lekker om op te peuzelen! Maar nee. 'Zeepaardjes moet je niet eten!' zegt de Chinese dame naast de mevrouw. 'Het is een medicijn. Je moet het laten weken in druivensap. En dan opdrinken.' Aha. Natuurlijk. Een medicijn. En dan snapt ze al waar het goed voor is. Om beter te leren zwemmen natuurlijk. Weer mis. Zeepaardjesthee is niet om sneller te zwemmen, maar om meer energie te krijgen.



Tot zover de praktijk in Kelapa Gading en vele andere oosterse steden, dorpen en gehuchten. Ieder jaar leggen ongeveer 20 miljoen zeepaardjes het loodje om de traditionele Chinese medicijn markt te bedienen. De medicinale werking van zeepaard is al 400 tot 500 jaar van generatie op generatie via folkloristische vertellingen overgeleverd. Voornamelijk Indonesiƫ, India en de Philipijnen vangen en drogen veel van deze bijzondere vissoort. Omdat de vraag hoog is heeft er overbevissing plaats gevonden en zijn zelfs de meest voorkomende zeepaardjes niet meer zo algemeen of zelfs bedreigd. Maar waarvoor? Zeepaard wordt geacht te werken tegen astma, een te hoog cholesterol en (daar is ie weer) Impotentie. Ook handig voor bedplassende kinderen en nierproblemen in verschillende stadia.

Hadden we in Nederland ook maar van zulke zeepaardjes. Nou dat hebben we ook. In de Oosterschelde leven zelfs twee soorten zeepaardjes: het kortsnuit-zeepaardje ook wel Hippocampus hippocampus genoemd en het langsnuit-zeepaardje, ook wel Hippocampus guttulatus genoemd. Het verschil is natuurlijk de spitsere snuit bij de laatste. Beide hebben daarnaast witte stippen en zijn bruin. Nog een overeenkomst; Ze zijn zeer zeldzaam, net als de zeegrasvelden waar ze graag in vertoeven. Zeepaardjes eten plankton, kleine kreeftachtigen, aasgarnalen en vislarven. Ze slurpen ze op met hun snuit. Bijzonder is dat het zeepaardje een uitwendig pantser heeft. De zogenaamde beenplaatjes zitten aan de buitenkant en geven het wezen zijn unieke uitgemergelde uiterlijk. Of zouden het de zorgen zijn? In ieder geval, wat zeldzaam is moet in ieder geval zeldzaam blijven. Dus vangen voor medicijnen is een beetje het zeepaard achter de wagen spannen.

Related Posts with Thumbnails