Dit is een Wollige klit, soms ook wel Wollige klis genoemd om verwarring te voorkomen. Door de vele haakjes aan de zaaddoos klit deze vast aan bijna alle oppervlaktes, maar lange haren zijn bijzonder favoriet. Daardoor ontstaan klitten die als onontwarbare knopen vast blijven plakken. Dat kan tijden duren. Beter gezegd; een klittenbol die loslaat en dus heeft geklit is zeldzaam. De zaden verlaten de klittebol wel en daarmee is het een succesvolle methode om zaden over grote afstand te kunnen verspreiden. Maar ja, voor mens en dier (denk maar eens aan een paard vol klittenbollen) is het minder prettig.
Ieder nadeel heeft zo ook z’n voordeel. Tenminste dat moet de uitvinder van het klittenband, de Zwitser Georges de Mestral, gedacht hebben. Hij kwam in 1941 na een wandeling met z’n hond tot de conclusie dat die vervelende klit die was meegereisd aan z’n broek en op z'n hond wat meer onderzoek vergde. Hij bekeek de klit onder de microscoop, legde het verband tussen de haakjes en het “aanhaakmateriaal” en ging vervolgens aan de slag met het namaken van deze bijzondere truc van de natuur. Dat kostte hem uiteindelijk maar liefst 10 jaar. Een nieuw verbindingsconcept was geboren. Klittenband veroverde de wereld en het bijzondere materiaal heeft ons sindsdien nooit meer losgelaten.